Let’s TALK...

Spar Express, Geertruidenberg

Evelyn van Leur, partner bij de Category & Trade Company, bezoekt een supermarkt of levensmiddelenwinkel en kruipt in de huid van de weldenkende shopper. Deze column van Evelyn is eerder verschenen in de Foodpersonality.

Vanaf januari is Spar bezig met de verbreiding van een nieuwe Spar-formulevariant, Spar Express. De naam is niet nieuw, ooit was dit de naam voor een stadsformule van Spar, ver vóór de tijd van Spar City Store. De Spar Expres van nu is gevestigd bij benzinestations die niet aan de snelweg liggen. De opzet is afgeleid van de Spar City Stores en het is een samenwerking met Texaco. De eerste is in Geertruidenberg opengegaan.

Bij het Texaco-tankstation in Geertruidenberg staat groot Spar op de voor- en zijgevels. Bij binnenkomst loop je recht op de broodjes af. De bakkerij en het grote assortiment aan vers belegde broodjes trekken direct de aandacht, maar dat geldt in tweede instantie ook wel voor de Lavazza- koffie, de tap voor vers te persen sinaasappelsap en een display-eiland met koek. We zien inmiddels de bekende deals als croissant en sapje samen voor € 2,50, een lunchdeal voor € 4,00 (een wrap met water) en een duodeal van Pringles met Red Bull voor € 2,00. Aantrekkelijke prijzen ten opzichte van andere pompshops. Eerst maar eens een koffie en lunch. Lavazza, alle soorten koffie, uitstekende kwaliteit. Je kunt beta­len met je contactloze pinpas, handig – als je die hebt, natuurlijk. En een overdadig belegd broodje, havermoutkoek en vers sinaasappelsap. Terwijl ik daar zit aan het barretje voor het raam, is het druk met klanten: veel broodjes en drankjes worden verkocht. En veel klanten komen voor sigaretten, hoewel die niet in het zicht staan. Die kunnen op een scherm worden aangetikt en dan komen ze onder de balie bij de kassamedewerker uit een kast rollen. Het is alsof er toch vooral voor de directe con­sumptie en op impuls verkocht wordt. Op andere tijdstippen (ik ben er wat langer) komen klanten ook voor de vergeten boodschappen. Tankers, maar ook fietsers en mensen uit de buurt. Volgens het personeel is het drukker geworden, omdat de prijzen een stuk lager zijn dan in de tijd waarin dit nog een Texaco-pompshop was. Nadat mijn honger gestild is, loop ik door het winkeltje van 180 m2. Ja, je kunt er bijna alles ko­pen. Natuurlijk veel impulsproducten zoals chips, chocola en snoep. Cadeau-artikelen als bloemen, giftcards en een display met Jamie Oliver-keu- kenartikelen. Maar ook veel voor een eenvoudige, snelle maaltijd, zoals pasta met kruidenmix, vlees en wat groente. Eieren, salade en fruit, broodbeleg, kaas, verse pizza, vlees. Schoonmaakartikelen en artikelen voor de persoonlijke verzorging. Ook een schap met typische pompshopartikelen als motorolie, lampjes en oortjes en opladers voor je mobiel. Uiteraard geen alcoholische dranken, we zijn immers in een pompshop. Verder ontbreken diepvriesartikelen. Ik krijg de indruk dat er van sommige categorieën wel héél erg veel aanbod is: heel veel kaas, ook vier soorten pindakaas en drie merken hagelslag, met maar liefst 14 facings. Ook de verse pizza’s blijven liggen, wellicht is 6 euro te duur. Misschien zou­den diepvriespizza’s het beter doen – tenminste, als je ervan uitgaat dat een ritje van deze winkel naar huis kort genoeg is in verhoud2017 05 01 12.48.29ing tot een ontdooitijd. Andere versartikelen lijken ook tegen hun tht aan te zitten.

Wat valt verder op? Op werkdagen opent deze Spar Express om 6.00 uur. Dat is vroeg, maar zodoende kan de forens een ontbijtje halen voor vertrek. De indruk: een winkel met nadruk op de directe trek, snacks en zoetwaren, en vergeten boodschap­pen. Het assortiment moet wellicht nog gefine- tuned worden om derving en tht-overschrijdingen te voorkomen. Misschien zou Spar in deze winkel ook meer op de actualiteit kunnen inspelen, zoals feestdagen (Moederdag, Pinksteren, Vaderdag etc.). Bij mooi weer, stel ik me zo voor, kan deze Spar Express dan ook barbecuevlees en aanverwante artikelen aan­bieden. Maar goed, de ruimte is beperkt en je moet dan wel de nodige flexibiliteit hebben in je assor- timentsaansturing. En het is verder altijd maar de vraag of inspelen op seizoenen wel thuishoort in een winkel als deze, is het er een voor consumen­ten onderweg naar huis of doen meer klanten hier een stop van de ene bestemming naar de andere, dus niet naar huis? Hoeveel autorijders komen hier versus de fietsers en klanten uit de buurt? Hoe dan ook, Spar voorziet met deze Spar Express weer in een nieuwe gemaksbehoefte, geen studenten-Spar, geen grotestads-Spar, maar een ‘onderweg-Spar’ en een bedrijf als Spar met z’n vele kleinere winkels kan zo de ‘consument onderweg’ beter aan zich binden. Ten koste van de concurrentie met grotere winkels in de wijken. Maar gezien de tht-perikelen vermoed ik dat Spar nog van alles moet uitproberen in dit assortiment, terwijl ik eerder zou denken dat juist een bedrijf als Spar veel ervaring heeft met kleinere gemaks- supers.

Dries & Go, bij AH-franchiser Theo Driessen

Evelyn van Leur, partner bij de Category & Trade Company, bezoekt een supermarkt of levensmiddelenwinkel en kruipt in de huid van de weldenkende shopper. Deze column van Evelyn is verschenen in de Foodpersonality.

In Arnhem heeft AH-franchisenemer Theo Dries­sen afgelopen maand een nieuwe grote Albert Heijn geopend: in een nieuw winkelcentrum in de wijk Schuytgraaf. Het had heel wat voeten in de aarde, Driessen exploiteerde hiervóór naast zijn grote AH in het nabije Elst dertien jaar lang een noodwinkel in Schuytgraaf. De AH in Elst heeft hij aan een van zijn dochters verkocht, nu is deze grote AH zijn AH. Maar we gaan niet zomaar naar een AH. Driessen exploiteert sinds enkele jaren (naast die AH in Elst) een lunchroom en casualdiningrestaurant: Dries & Co. Een afgeleide daarvan is onderdeel van de nieuwe AH in Arnhem, Dries & Go, ook lunchroom, maar geen restaurant, veeleer een zaak voor belegde broodjes. En dat terwijl AH zelf ook eigenlijk net iets soortgelijks begonnen is: Bakery Cafe, als onderdeel van de AH Gelderlandplein (Adam-Zuid). Dries & Go versus Bakery Café, daar gaat het me om. In Arnhem-Zuid aangekomen zie ik op enige afstand, midden in een weiland, een winkel staan. Dat blijkt de gesloten noodwinkel te zijn. Een paar honderd meter verderop vind ik het hagelnieuwe winkelcentrum, met daarin de bekende formu­les als Etos, Gall & Gall (vast ook van Driessen, denk ik), Hema, Zeeman en Kwalitaria, maar ook winkels van lokale ondernemers. De Albert Heijn is veruit de grootste winkel, het is er een van het formaat en van het ‘format’ dat AH voor grote winkels heeft.

Dat de AH er een van een franchiser is, zie je meteen op de winkelvloer: allerlei spaar- en premiumacties die je in een AH-filiaal niet ziet. Sparen voor de knuffels van Farmies met forse korting, met een reuzenknuffel als blikvanger; kans om een BBQ van Heinz te winnen, een soort ‘red egg’ in plaats van een green egg; een gratis maatbe­ker bij de pasta, dat soort zaken. Ook veel proeven, en mooie presentatietafels met worsten en kazen. Maar ik schiet meteen maar naar die Dries & Go. De naam is een verbastering van de naam van zijn restaurant in Elst, maar naar mijn mening ook een knipoog naar AH To Go. AH mag dan net zijn begonnen met de pilots Bakery Café en Deli Kitchen, maar daar heeft franchiser Driessen niet op gewacht.

Wat is Dries & Go? Een sfeervol vormgegeven broodjeszaak met een Amerikaanse touch, met ook ijs, koffie en frisdrank. Keuze uit een heel en een half stokbroodje, volkoren, wit of mais en eenvoudig belegd versus luxe belegd. Ze noemen het sandwiches en er zijn Amerikaanse namen voor de broodjes/sandwiches als Delight, Hot Chicken en BLT & avocado. Goed­koop zijn ze niet, € 4,25 voor een mediumbroodje, € 6,95 voor een ‘large’ Daarnaast pakt Dries & Go groot uit, met softijs en milkshakes in verschil­lende smaken en met verschillende toppings.

De verschillen met Bakery Café? Die zijn er duide­lijk en dat betreft vooral het assortiment, aangepast aan de kopersgroep. Bakery Café Adam-Zuid/ Gelderlandplein: speltbroodjes, bijvoorbeeld. Dries & Go Arnhem-Zuid: maisbroodjes. Bakery Café: verse sapjes. Dries & Go: frisdrank. En verder een breed aanbod ijs, waarschijnlijk allemaal ingege­ven door het marktgebied, een jonge wijk, met veel gezinnen met kinderen. Daarnaast: anders dan bij Bakery Café bevat Dries & Go een tafel. Zodat je rustig je broodje op kunt eten. Er is ook een overeenkomst tussen Bakery Café en Dries & Go: de stevige prijzen. Ik had verwacht dat het prijspeil van Dries & Co, voor gezinnen met kinderen in Arnhem-Zuid, anders zou zijn dan dat van Bakery Cafe, voor de fine fleur van Buitenveldert en carrièremakers van de Zuidas. Maar dat is dus niet zo.

Nou zullen aardig wat mensen uit de branche denken: wat moet je nu met belegde broodjes etc. in een woonwijk als Schuytgraaf, waar iedereen thuis eet? Een terechte vraag, ook. Maar nee, ik was er rond lunchtijd en het was er lekker druk. De rest van de dag schijnen de ijsjes erg popu­lair te zijn. Dat past denk ik bij de shopper van vandaag, die denkt niet in kanalen, maar wil alles overal kunnen kopen wanneer het hem/haar uit­komt. Bovendien, wat ik niet weet (maar ik heb er wel een vermoeden over), is in welke mate de AH enerzijds en Dries & Go anderzijds voor elkaar als traffic builder fungeren.

Toch ook nog even maar naar Dries & Co gereden, in Elst, de lunch- en casualdiningzaak naast de AH van inmiddels ‘dochter Driessen’. Enorm druk, mooie kaart, echt een restaurant. En op deze zonnige dag is het terras tot op het laatste stoel gevuld.

Kijken we naar Dries & Go, dan blijkt dat een AH-franchisenemer die zelf goed weet te kiezen uit horeca-opties, kennelijk geen Bakery Café van Zaanse makelij nodig heeft.

Foodmarkt City by Jumbo

Evelyn van Leur, partner bij de Category & Trade Company, bezoekt een supermarkt of levensmiddelenwinkel en kruipt in de huid van de weldenkende shopper. Deze column van Evelyn is eerder verschenen in de Foodpersonality.

Jumbo heeft eind mei zijn stadsvariant geopend, dat zal niemand ontgaan zijn. Een combinatie tussen een La Place en een Jumbo, met assortiment en elementen van Jumbo Foodmarkt, en dat op een klein oppervlak in hartje Groningen. Even naar Groningen voor een winkelbezoek… nee, een klimaatneutrale column wordt dit niet.

Aangekomen bij de Foodmarkt City zie je buiten tafeltjes en stoelen onder parasols. De winkelnaam heeft geen duidelijke Jumbo-signatuur, de geel­zwarte poster (‘koffie voor 1 euro’) op de ramen wel. Binnen ga ik door een poortje waar ik ‘pin only’ zie staan; geen probleem, ik betaal bijna nooit meer contant. Maar tijdens mijn bezoek merk ik wel dat andere mensen daar moeite mee hebben.

De winkel is in tweeën gedeeld: rechts en recht­door de ‘winkel’ om te kopen voor snelle trek of om thuis te koken, links het deel waar alles vers bereid wordt om vooral direct op te eten, zeg maar: het oude La Place in nieuwe vorm.

Het winkelgedeelte begint met het snack- en borrelaanbod, achterin alles voor ‘zelf koken’ Dus eerst: koelingen met bier, sappen, smoothies en water met een smaakje (bekend van AH, bij Jumbo nog niet gezien). Overal mandjes aan schappen met combinatie-aankopen of opvallende artikelen zoals een mand met Bundaberg Ginger Beer, een hippe drank uit Australië. een rek met een top-3 zomerwijnen.. dan buitenlandse kaas, droge worst in kistjes, het tapasschap… achterin alle vers: agf en verder vlees, vis, kip en vega bij elkaar. Op de agf-afdeling veel in houten kisten. Ik zie wel veel plastic verpakkingen, ook paprika’s per stuk in plastic, tomaten alleen in plastic, dat hoeft voor mij niet zo. Ook de uien en aardappelen zijn in zakken of netjes gepresenteerd. Ik ben zelf wel te porren voor losse agf, zeker in een stadswinkel verwacht ik dat ook. De agf-chef vertelt me dat je altijd ‘een losse ui’ kunt kopen, maar het gebeurt nauwelijks.

De dkw-schappen zijn beperkt: uiteraard geen bulk zoals kratten bier of melk in tweeliterverpak- kingen, dat soort artikelen hebben stadsvarianten van andere formules evenmin. Verder zie ik een assortiment dat toch anders is dan in de reguliere supermarkt. Het Jumbo-huismerk en de varianten Jumbo Biologisch en het premiummerk van Jumbo domineren. Ik denk dat biologisch en duurzaam voor een betaalbare prijs in deze stad aanslaat.

De grote A-merken ontbreken in veel gevallen. Sommige, zoals Calvé-pindakaas en De Ruijter- hagelslag, blijken onmisbaar, maar Senseo-pads en Calvé-mayonaise zie je bijvoorbeeld niet. Ik denk dat heel wat A-merkartikelfabrikanten hierover met Jumbo in gesprek zullen gaan. Het resultaat is weliswaar een verrassend assortiment – zo vind ik zelf het thee-aanbod even prikkelend als verrassend – maar gaat de consument ‘de bekende merken’ niet missen? En kiest hij/zij dan andere winkels? Of kan hij/zij zich prima vinden in het aanbod met vooral Jumbo-huismerken en andere alternatieven? Van de andere kant, ‘stadse’ AH To Go-bezoekers weten na jaren ook donders goed dat dat geen AH is.

In het gedeelte met verse bereiding zie ik meteen een mooie bakkerij met verleidelijke broden, dan belegde broodjes (zoals ik dat van La Place ken), dan hamburgers, pizza en tot slot verse sushi (vers maar wel voorverpakt). Ook veel trendy artikelen als pokebowls (rijst, groenten en vis in een kom, als maaltijd, oorspronkelijk uit Hawaii) en ‘homemade lemonades’ in grote, gekoelde glazen dispensers (als ik er ben, is het ijsthee, in twee smaken). Moderne yoghurtvarianten en hangop, te combineren met muesli of fruit. Daar liggen ook ‘sporks’ bij, zodat je het gemakkelijk kunt opeten.

De wraps & sandwiches zien er minder aantrek­kelijk uit dan de verse spullen. Dat geldt ook voor de soepen zoals uit Jumbo Foodmarkt. Maar wat bij Jumbo Foodmarkt nog zo verleidelijk leek, is nu vergeleken met het verse La Place (-achtige) aanbod voor mij tot een tweederangsaanbod gedegradeerd.

Betalen kun je bij de kassa, waar ook de verse koffie te koop is, of bij de zes zelfscankassa’s. Hier staat wel iemand bij, maar je hoeft niet zoals in de gewone Jumbo nog langs de bemande kassa. En dan kun je binnen en buiten je koffie opdrinken of je lunch eten, aan een lage of hoge tafel, of aan de bar voor het raam. Wat ik in de winkel niet gevonden heb, maar wel in de media: er is een app waarmee je warme maaltijden kunt bestellen en laten thuis­bezorgen. Ik heb deze gedownload en dan zie ik dat je ook het La Place-assortiment kunt bestellen. Hoe meer je bestelt, des te lager de bezorgkosten.

IMG 9128

Ik denk dat dit nog in de opbouwfase zit, en dat het later ook meer gepromoot zal worden in de winkel.

Ja, dit is toch echt een nieuwe winkel, sfeervol, verrassend, lekker snuffelen, veel cross-selling, eigentijds/vernieuwd assortiment met de nadruk op eigen merken, en de versbereide producten voor ‘meteen opeten’ of ‘snel mee naar huis’

De consument moet gaan beseffen dat dit geen reguliere Jumbo is. Geen Zeven Zekerheden hier.

De consument die hier aan ‘euro’s goedkoper’ etc. denkt, kan teleurgesteld zijn of zal beseffen dat dit toch anders is – en/of zal eraan wennen, dat zal de toekomst leren. Of moet ik zeggen: dat moet Jumbo zelf leren, om die verwachtingen goed te managen? Want ik hoor in de winkel dat deze winkel eerst ho­gere prijzen vroeg dan een reguliere Jumbo – voor hetzelfde artikel – en dat dat naderhand snel weer herroepen is, omdat de consument dat onbegrijpe­lijk vond. En verder blijken ook weer meer reguliere items hier in het assortiment te komen, zoals de tros bananen voor 99 cent, in plaats van losse bananen. Nou ja, wat wil je? De eerste vestiging. Ook nog een winkel die een mix is van drie andere varianten, Jumbo-artikelen, artikelen van Jumbo Foodmarkt en van La Place, dat meer als restaurant bekend staat dan als een formule met een bekend levens­middelenassortiment. Dan kan het niet anders dan dat Jumbo nog lang en veel moet uitproberen om de gewenste omloopsnelheid per artikel te vinden.

Koks bij Plus Ton Henst in Best

Evelyn van Leur, partner bij de Category & Trade Company, bezoekt een supermarkt of levensmiddelenwinkel en kruipt in de huid van de weldenkende shopper. Deze column van Evelyn is eerder verschenen in de Foodpersonality.

Eind vorige maand is de vijfde winkel volgens de vernieuwde Plus-formule geopend, van onder­nemer Ton Henst, in Best (bij Eindhoven). Over Plus Briljant 2.0 is al heel wat geschreven, maar de aankondiging dat hier koks aan het werk zouden zijn, maakte me nieuwsgierig genoeg. Hoe werkt dat dan bij een Plus? Op de heropeningsdag ben ik ernaartoe gegaan.

En ja, ik vind deze Plus op tal van fronten een ver­rassing. Het begint natuurlijk met de Makerij, zoals Plus dat noemt, die we ook kennen van de andere winkels. Maar de invulling is wel anders: hier zijn twee koks met een horeca- en Hanos-achtergrond en -opleiding aan het werk. Ze maken dagelijks verse maaltijden, zoals pastasalade, lasagne en gegrilde kip, maar ook wat meer bijzondere producten zoals pulled pork en gegrilde groente. Het wordt gekookt, gegrild, gerookt, teruggekoeld, verpakt en in de koeling gelegd. De verse pizza’s blijken al uitverkocht als ik er ben, en worden snel bijgemaakt, maar ook in de andere koelingen etc. vallen gaten, de keuken kan het bijna niet bijbenen. Het is de openingsdag, dus volop belangstellenden, maar het is een goed teken, eerder al hebben Plus- ondernemers weleens geopperd dat de Makerij te veel een show is voor klanten die er gewoon aan voorbijtrekken, maar dat is hier en nu op deze dag zeker niet zo.

IMG 9632 e1554299009246

De keuken staat vol met mooie horeca-apparatuur. En een Big Green Egg. Die echt wordt gebruikt. Een deel van de meubels staat op wielen, zodat de medewerkers flexibel kunnen zijn met het aanbod en op vrijdag en zaterdag bijvoorbeeld een meubel van vis op ijs kunnen plaatsen. Op die dagen wordt in die Green Egg verse zalm gerookt. En er wordt dan sashimi gesneden van het mooie middenstuk van de tonijn. Vis is wel een speerpunt, vooral ook omdat iemand met een visachtergrond in dienst is genomen. Ook wordt er truffelmayonaise gemaakt. Dit was een paar maanden geleden uit nood geboren: er was een voorraadprobleem met de truffelmayonaise, maar ze wilden niet zonder zitten, dus is de keuken gestart met zelf maken. Inmiddels is het een van de ‘hero-producten’ hier. In de winkel de gerechten opeten kan niet, maar er kunnen wel een paar statafels geplaatst worden om te proeven. Maar er is nog veel meer moois in deze winkel. Er worden verse smoothies gemaakt: terwijl ik er ben, wordt vers fruit (mango’s, bananen, aardbeien) gesneden en in de blender gemixt tot smoothies, die dan weer op ijs gepresenteerd worden. Ook vers fruitwater en zelfgemaakte ice tea staan in gekoelde taps waar de consument zelf een flesje kan tappen. Verder liggen er vleeswaren van de lokale slager, en daarna de vleeswaren die vrijwel allemaal in de winkel gesneden worden en in hoge stapels gepresenteerd. De filet americain wordt zelf gemaakt in de keuken. De kaaspresentatie doet denken aan Beej Benders. Je kunt de tapas en de kaas proeven met een honing-mosterddip erbij om het extra lekker te maken. De broodafdeling werkt met verse deegstukken die eerst in de rijskast rijzen alvorens ze gebakken worden. Daarnaast chocoladebonbons, in een presentatie waar een banketbakker trots op zou zijn. En zelfs in de dkw is het nodige te beleven: de losse koffiecups, mooie thee-assortimenten. In een gangpad staan veel kinderen verzameld, om, jawel, uit M&M-kokers te tappen. Het is de winkel gelukt om Mars zo ver te krijgen deze presentatie ook hier te plaatsen. En – een beetje vroeg, lijkt me – drie meter pepernoten, speculaas en ander sintsnoep, vlak voor de kassa.

Ook de signing is aangepast en flexibeler gemaakt. Hierdoor kan de winkel zonder veel kosten actueel en sfeervol blijven: sfeerbeelden en aanbiedingen die met elastiekjes op karton bevestigd worden. Daarnaast elektronische prijskaartjes, een snufje techniek dat veel tijd en dus kosten zal besparen. Bloemen, servicebalie en lectuur is naar de winkel aan de overkant geplaatst. Over heel veel is dus opnieuw nagedacht en daarmee verrast de winkel.

IMG 9618

Dit is weer een nieuwe stap op weg van doorsnee- supermarkt naar verssupermarkt. Plus brengt het ambacht weer meer terug in de winkel, versbereide producten spelen een hoofdrol. En zodoende speelt Plus hier ook min of meer de rol van speciaalzaak. En dat staat en valt vaak met het personeel. Ondernemer Henst heeft dan ook in zijn team geïnvesteerd en dat team met een aantal experts en vakmensen aangevuld. Dit is iets wat Plus al een aantal jaren faciliteert, door bijvoor­beeld een opleidingsprogramma in samenwer­king met Nyenrode voor aspirant-ondernemers. Wellicht geen verrassing dat de man die de keuken aanstuurt uit dit Plus-klasje komt, nadat hij ook al bij Beej Benders met de opening heeft geholpen. Duur? Misschien. Maar zo bouwt Plus een onderscheidende formule die niet gemakkelijk is te kopiëren door bijvoorbeeld een Albert Heijn of een ander filiaalbedrijf. Bovendien, we hebben discounters Aldi en Lidl, we hebben prijsagressieve formules als Dirk, Vomar en Nettorama en laat een Plus als deze zich dan aan de bovenkant van de markt manifesteren, dan is dat goed voor het on­derscheid tussen formules. En dan is het te hopen dat deze Plus, waar zo in geïnvesteerd is, ook veel succes gaat boeken in Best.

Heidi Klum-kleren bij Lidl

Evelyn van Leur, partner bij de Category & Trade Company, bezoekt een supermarkt of levensmiddelenwinkel en kruipt in de huid van de weldenkende shopper. Deze column van Evelyn is eerder verschenen in de Foodpersonality.

Vorige maand (de start was in week 38) bood Lidl een kledingcollectie van Heidi Klum aan, beroemd fotomodel en jurylid in (buitenlandse) tv-programma’s als ‘Next Topmodel’ en ‘America’s Got Talent’. Op maandagochtend 18 september gingen de deuren van de Lidls open met die kledinglijn in het assortiment (zie ook blz. 40 e.v. in deze FoodPersonality).

Ik ben rond de lunch in twee Lidl-filialen gaan kij­ken. Want wie koopt nou kleding bij een discoun­ter? Een fleecetrui of kinderpyjama, prima, maar mode? En wat doet zoiets voor Lidl?

Nou, dames, het was oorlog bij de stortbakken. Meiden, dames en oude dametjes, allemaal in de graaimodus. Ik was eigenlijk al te laat. Om 8.00 had er een rij voor de deur gestaan, om 10.00 wa­ren de populairste items en maten al uitverkocht. Heidi Klum werkte in deze campagne met Lidl samen. De lancering was tijdens de New York Fashion Week, waarna de collectie wereldwijd in meer dan 12.000 Lidl-winkels en online verkocht werd. Klum ontwierp haar collectie exclusief voor Lidl. Althans, volgens de campagne. Het kan net zo goed een team zijn dat van alles en nog wat doet ‘achter het merk Klum’, dat weten we niet. De col­lectie omvatte maar liefst 85 items. Van blouses tot broeken, van hoodies tot bomberjacks, poncho’s, tassen, trenchcoats, minirokken, pumps, laarzen, broeken, blazers, jurkjes, alles in kobaltblauw, cognacbruin, goud, zwart, wit en panterprint. De prij­zen? Van zeven tot twintig euro; alleen het leren bikerjasje kostte vijftig euro. De kwaliteit? Ach, het is ‘fast fashion’, zoals we dat kennen van H&M (dat enkele jaren geleden Lidl voorging doordat onder andere modekoning Karl Lagerfeld een tijdelijke en exclusieve collectie leverde) en Primark, mode voor een prikkie, maar we hebben het dan wel over stoffen als viscose en zo.

De collectie lag dus in stortbakken, zoals we dat van Lidl gewend zijn, mét het nodige p.o.s.- materiaal. Bij de grote Lidl in Huizen zag ik een opvallende poster van ongeveer 3 bij 2 meter, met vijf modellen in panterprint en de campagne- slogan #letswow op een felgele Lidl-achtergrond. Buiten een stoepbord met een soortgelijke poster. Daarnaast displaykaarten boven de bakken, waar­aan een kledingstuk op een haakje hing, bij wijze van demomodel. Op de bakken hingen platen, met ‘Fashion Week’ en ‘uit de folder’.

Niet alle Lidls zullen er zo uitgezien hebben, denk ik. In een Lidl bij mij in de buurt waren er wel platen vooraan de bakken bevestigd, maar de displaykaarten waar een showmodel aan moest hangen, waren een groot wit leeg vlak. Ook geen reusachtige poster. Dan ziet het er dus uit als grote grabbelbakken.

Daar trokken de klanten zich niets van aan, die vochten om de juiste maat. De meeste kleding was inmiddels uit de doosjes getrokken, voor de medewerkers zal het een onwennig wedstrijdje kle­ding opvouwen en opnieuw stapeltjes maken zijn geweest. Ook online kon je de hele collectie bestel­len. Ook daar moest je snel bij zijn: vijf dagen na de lancering was de collectie niet meer zichtbaar of verkrijgbaar op de site van Lidl.

Onder andere H&M ging Lidl als gezegd voor met collecties van topontwerpers, maar ja, H&M zit al in kleding. Lidl staat niet bekend als ‘fashionformule’. Maar de aanpak zat goed in elkaar: gezien de modehonger van de aanwezige klandizie een aan­sprekende collectie, gepromoot door een topmo­del, op een discountprijsniveau, wereldwijd, en met de nodige publicitaire aandacht. Allemaal goed voor de kassa-aanslag, voor de traffic building en voor het imago zal het ook vast goed zijn.

‘Ja maar’ : in een Lidl kun je niet passen. Klopt. Een jasje en een pump natuurlijk wel, maar een broek…

IMG 9796 e1508955337524

Dus als gevolg: veel retouren? Nou, dat valt wellicht mee: weliswaar kan de klant kleren tot negentig dagen terugbrengen, maar naderhand merkte ik met een beetje zoeken dat kopers de kleren die niet goed zaten, weer op Marktplaats, Ebay etc. aanboden (zelfs voor een hoger bedrag dan waar ze het voor gekocht hadden!).

Bovendien, ik heb de indruk dat Lidl doorgaans bovengemiddeld veel mannen als klant heeft, die hechten klaarblijkelijk minder waarde aan het ui­terlijk van de winkel. (Het zou ook best voor Aldi kunnen gelden.) Als dat zo is, heeft Lidl met deze Heidi Klum-collectie – al is het maar tijdelijk – een goede beurt gemaakt bij vrouwen en dat zal het imago van de formule hebben geholpen. (Of heeft Lidl vrouwen eventjes over de vloer gehad die er daarna om tal van redenen niet meer komen? Dat laatste vind ik niet waarschijnlijk.) Tot nu toe is geen supermarktformule in Ne­derland erin geslaagd om succesvol kleding te verkopen. Het blijft altijd bij wat ik maar ‘randver­schijnselen’ noem. Een rekje met wat sokken en op in-outbasis wat geleur met Disney-pyjama’s. Laat staan dat een formule ooit een hype teweeg heeft gebracht en laat staan dat het om ‘bovenkleding’ gaat, zichtbaar gedragen kleren. Rijen voor de win­keldeur, dat was voorbehouden aan bijvoorbeeld De Bijenkorf met z’n ‘doldwaze dagen’. Het effect is ook lastig na te gaan. Natuurlijk, veel klanten, veel traffic, een verkooppiek, maar of hier een langetermijneffect uit zal komen? Bovendien weten we niet of hiermee de logistieke structuur van Lidl en daarmee de spreekwoordelijke eenvoud van een discounter ernstig aangetast is. De vraag is ook in hoeverre het beklijft. De vraag is zelfs of concur­renten als AH, Jumbo en Superunie-formules hier jaloers op zijn, afgezien van de traffic building in die ene week. Misschien vooral op één aspect ervan: één campagne, die in wereldwijd 12.000 vestigingen terugkomt, dat is natuurlijk wel een slagkracht van jewelste.

Heb ik zelf iets gekocht? Nee. O, ik vond die pumps er best goed uitzien. Maar: ik ben niet van de panterprints. Ik koop mijn kleren gewoon waar ik dat altijd al deed. Maar los van persoonlijke overwegingen en smaakverschillen: het blijft een bijzonder staaltje retailen van Lidl.

De nieuwe stads-Coop in Amersfoort

Evelyn van Leur, partner bij de Category & Trade Company, bezoekt een supermarkt of levensmiddelenwinkel en kruipt in de huid van de weldenkende shopper. Deze column van Evelyn is eerder verschenen in de Foodpersonality.

In hartje Amersfoort heeft Coop vorige maand een soort ‘stads-Coop’ geopend, in het pand waar voorheen een Albert Heijn gevestigd was. Albert Heijn is verhuisd naar een grotere winkelruimte verderop, waar meer parkeermogelijkheden zijn. We kennen de Coop-supermarkten, de kleine vari­ant Coop Compact en bijna twee jaar nu de grote- stadsvariant Coop Vandaag (twee in Rotterdam). Deze Coop is geen Coop Vandaag, maar ook geen reguliere Coop-supermarkt. Hij zit zo’n beetje tus­sen die laatste twee in. Bijvoorbeeld qua formaat. (Qua openingstijden niet: van 8 uur ’s ochtends tot tien uur ’s avonds. Dat is zoals het een grotestads- super betaamt.)

Bij binnenkomst loop je eerst links tegen een tafel aan met broodjes, koeken en kaasstengels; de afdeling ‘vers gebakken’, met taart, gevulde koeken, stokbrood, broodjes en brood. Daarnaast ‘de keuken, zoals we dat van Coop Vandaag al kenden. Met de aanduiding ‘lekker en snel’, waar prominent de versbelegde broodjes klaarliggen, maar ook salades gemaakt worden en waar je verse hangop kunt tappen, met een topping van fruit of muesli. De hangop wordt geleverd met een lepeltje, de salade met bestek. Verder een groot koffiemeubel waar je bonenkoffie van DE in meeneembekers kunt tappen. En interessante combideals (ook een element uit Coop Vandaag): voor € 1,00 heb je een cappuccino, thee of warme Chocomel met een appelflap, gevulde koek, crois­sant of muffin. De impulskoeler die ik eerder bij Coop Vandaag zag (met de ijskoffie en sapjes), staat daarachter, maar valt wat weg bij de promi­nente yoghurttap. We zien: alle varianten koffie voor € 0,50, broodjes € 3,00, de lunchsalade € 2,50 en de hangop voor € 2,00. Het moet allemaal aantrekkelijk geprijsd zijn. Om half vijf ‘s middags verandert de broodjes- corner in een maaltijdenafdeling: met Italiaanse, Hollandse en oosterse maaltijden uit de keuken. Om de klant eraan te laten wennen, zien we ook hier weer korting: € 3,99 i.p.v. € 5,00. Volgens de uitleg van de medewerker achter de counter: op je bord leggen, paar minuutjes warm maken in de magnetron en klaar.

Pas dan kom ik in het traditionele supermarkt- gedeelte, met agf, vlees/vis etc. en dkw. Bij Coop Vandaag in Rotterdam was vers vooral gericht op kleine huishoudens: los verkochte agf en vlees verpakt in porties voor één of twee personen. Maar hier is agf veelal voorverpakt in hoeveelheden voor een heel gezin en bij vlees zie ik ook meer gezins- producten, zoals runderlappen en een aanbieding voor vijf schnitzels. Kortom, Coop verwacht dat de doelgroep van deze winkel meer uit traditionele gezinnen bestaat dan uit een- of tweepersoonshuis­houdens. Een van de paradepaardjes van Coop, het ‘Wat eten we vandaag?’-meubel, met een recept en alle ingrediënten voor deze maaltijd, komt in deze winkel niet echt uit de verf. Tegengesteld aan de looprichting, moet de andijviestamppot met gehaktbal de koeling delen met aanbiedingen van aardappeltjes en gesneden groente. De dkw omvat meer dan een Coop Vandaag, maar minder dan een Coop-supermarkt. Alles is ver­krijgbaar, waarbij de wijn er uitspringt; een wijn­schap, ook die mooie lichte houten kistjes en een koeling van twee meter met witte wijnen. Ook is er nog ruimte gevonden voor een groot schap met biologische artikelen o.a. Smaakt en Bio Today.

Bij de uitgang: twee zelfscankassa’s, twee gewone kassa’s en de servicebalie. Achter de servicebalie zie ik een piepkleine slijterij en ik zie een ov- chipkaartlader, een pinautomaat, een pakketdienst van PostNL, een magnetron en een tap met gratis water. Aan het raam een barretje en barkrukken om te pauzeren met je hapje of drankje. Daar vind ik ook een bestelformulier. Lunch of diner, ‘vers in eigen keuken bereid’, bestemd voor vooral de kleine zakelijke klant. Je kunt aankruisen welke broodjes, salades of maaltijden je wilt, naam en telefoonnummer invullen en klaar. Afhalen in de winkel.

Het is een echte mandjesklantenwinkel. Ik heb weliswaar welgeteld één klant met een winkelwa­gen gezien, afgezien van iemand van de technische dienst, die een winkelwagen ook handig vond voor zijn gereedschap. De rest had allemaal of een mandje, of helemaal niets. Je weekboodschappen doe je hier niet, al was het maar omdat je niet met je wagentje naar je auto kunt lopen. De parkeerga­rage is 100 meter verderop.

Aanvankelijk vreesde ik dat deze Coop op twee ge­dachten hinkt: de passant voor out of home-artike- len en de boodschappenklant. Op twee gedachten hinken is doorgaans riskant, op het laatst sta je dan met lege handen. Maar nee, het is in deze Coop best druk. Op verschillende tijdstippen. Dat weet ik, omdat het in Amersfoort is, waar ik woon. Zodoende ben ik deze Coop al een paar keer binnengelopen, op wis­selende tijdstippen. Gezien de verstedelijking en de toename van kleinere huishoudens is het niet gek dat heel wat formules aan ‘stadsvarianten’ sleutelen. Coop is ze­ker niet de enige die hiermee experimenteert; denk aan Spar-varianten, AH To Go, die ene kleine Dirk in Amsterdam, de cityvariant van Jumbo tot nu toe in Groningen etc. Zeker weet ik het niet, maar het lijkt erop dat Coop deze variant al redelijk uitgekristalliseerd heeft, ondanks dat dit hier dan geen Coop Vandaag mocht heten. Alle keren dat ik er binnen ben geweest, was het er druk genoeg om me het gevoel te geven dat deze Coop goed draait hier.

Jumbo City, station Eindhoven

Evelyn van Leur, partner bij de Category & Trade Company, bezoekt een supermarkt of levensmiddelenwinkel en kruipt in de huid van de weldenkende shopper. Deze column van Evelyn is eerder verschenen in de Foodpersonality.

Aan de voorzijde van station Eindhoven, aan de kant van de Bijenkorf en Primark, heeft Jumbo zijn eerste Jumbo City geopend. Of nee, zijn tweede, het is maar hoe je het bekijkt: de eerste, in Groningen, heet immers Foodmarkt City by Jumbo. Deze in Eindhoven heeft dus een nieuwe naam. Maar is het een kopie van Groningen of juist helemaal anders? Op naar Eindhoven.

De winkel zit nog net voor de toegangspoortjes zodat je er ook zonder je ov-kaart te scannen iets kunt kopen. Na binnenkomt loop ik links tegen het losse fruit aan, met bananen als blikvanger, rechts staan de koffieapparaten. Jumbo City is een en al vers, zeker visueel. Direct na de koffie en het fruit: een impulskoeler met vers getapte yoghurt met muesli en met sapjes. Dan loop ik af op wat ik dan de La Place-counter noem: broodjes met kruidenkaas, zalm en serranoham, maar ook warme frikandelbroodjes, saucijzenbrood­jes (al dan niet halal) en als trekker Brabantse worstenbroodjes. Daarnaast de versgemaakte sushi en pokebowls, die de pizzacounter van de Foodmarkt City by Jumbo in Groningen blijkbaar vervangen. Verse sushi maken: dat vereist de nodige expertise, maar Jumbo heeft daar met Jumbo Foodmarkt vast de nodige ervaring mee opgedaan. Het is duidelijk dat je hier zowel voor ontbijt, lunch en diner als voor tussendoor iets lekkers kunt halen. Tegenover de counter staan lage koe- lingen met broodjes en wraps, en rechts een hoge koeling met salades, groentesnacks en gekoelde maaltijden. In die koeling zie ik ook bakjes zoals quinoa, rauwe spinazie en gekookt ei, de ‘protein pots’ die alle retailers in Engeland nu in het as­sortiment hebben en die uiteraard al naar hier zijn overgewaaid.

Ik ben er net na de lunch, en dat is te zien. De dames achter de counter zijn druk bezig om de broodjes bij te bakken en aan te vullen en kun­nen het ternauwernood bijhouden. Ik begrijp even niet dat ik zelf een broodje kan pakken en gewoon naar de kassa kan lopen om af te rekenen en niet op de dames hoef te wachten. Er ligt ook geen tang bij om iets te pakken. Dus ik sta bij hen een tijdje voor niets te wachten. Maar ja, dat overkomt je als klant ook maar één keer. Daar staan ook de popcorntaps zoals we ook in Groningen gezien hebben. En vlak voor de uitgang staat een magnetron zodat je maaltijden kunt opwarmen.

Zitten kun je hier niet, geen bar of tafels met stoe­len, het is kopen en door naar je trein, bus etc. Verder opvallend, deze winkel heeft in tegenstel­ling tot Groningen vrijwel geen boodschappenas- sortiment voor thuis: geen agf, fruit alleen los, geen vlees, geen vleeswaren en nauwelijks dkw. De enige dkw-artikelen: impulsproducten als chocolade, koeken en snacks. Het is ook maar een kleine winkel en er is een duidelijke keuze gemaakt voor directe consumptie. Dus alle fris­dranken zijn uitsluitend verkrijgbaar in kleinver­pakking en vrijwel alles gekoeld. Behalve bij de frisdranken en chocolade, zie je hier weinig A-merken. In zuivel wat varianten Protein en Skyr van Arla. En wat broodbeleg met Kleintjes van de Ruijter en een soort Calvé-pin- dakaas. En koeken en chips. De rest is vers, met Jumbo als merk.

Een ander opvallend punt is het prijspeil, dat – zoals je van Jumbo verwacht – lager is dan elders: een worstenbroodje voor € 1,-, een waterflesje kost € 0,75, een banaan € 0,50, een gekoeld blikje Red Bull € 1,75. Dat de consument dat weet, blijkt wel uit de enorme rotatie: 500 worstenbroodjes gaan er per dag doorheen. Althans, de mede­werkers vertellen me dat, zij hebben een soort smartphone om hun pols die de rotaties bijhoudt. Terug even naar die prijsconcurrentie: die Red Bull is veel goedkoper dan elders op het station, bij de automaat betaal je € 2,50 en bij de AH To Go… daar ga ik nog naartoe. En dan afrekenen: snel een koffie halen en afreke­nen gaat gemakkelijk. Tenminste, als je contact­loos kunt betalen, zo reken je je koffie af. Als je meer wilt, moet je ook nog een keer langs een van de andere kassa’s. Je kunt kiezen uit de bemande kassa of de self-check-out. Voor de klanten in Eindhoven niet altijd even gemakkelijk, de mede­werkers helpen klanten bij het zelf uitchecken.

Ik loop ook even naar de AH To Go aan de an­dere kant van het station. Dat is een wat grotere vestiging, met wél wat boodschappenassortiment. Echter, het ‘on the go’-assortiment voor directe consumptie valt veel minder op. De yoghurt en salades staan in grote koelingen tegen de achter­wand, je moet best zoeken. De groentesnacks zijn uitverkocht of uit het assortiment. Het broodjes- aanbod is veel kleiner en lijkt eerder voorverpakt aangeleverd te worden. De sushi in de koeling wordt hier niet vers gemaakt, maar kost evenveel als bij de Jumbo. AH To Go reageert wel op de prijzen van Jumbo: de Red Bull is verlaagd naar € 1,75, ik krijg te horen dat die eerst € 2,19 was. AH To Go heeft de losse bananen ook verlaagd van € 1,- naar € 0,50. Maar ik kan hier geen goedkoop watertje of worstenbroodje krijgen. Dat worsten­broodje zal AH ook niet toevoegen, denk ik (te veel een afzender van Jumbo, Brabant en zo, en geen echt gezond tussendoortje). AH zal er denk ik wel een goedkoop watertje bij moeten doen.

Ik denk dat AH To Go er een geduchte concur­rent bij heeft op dit station. Als Jumbo deze stads­variant doorzet op locaties waar de consument ook doorgaans een AH To Go kan vinden, dan zal dat in de komende jaren prijsconcurrentie aanwakkeren binnen dit soort gemaks- en grote- stadsvarianten.

Column uit de Foodpersonality 12-2017, geschreven door Evelyn van Leur, partner bij de Category & Trade Company. Evelyn bezoekt maandelijks een supermarkt of levensmiddelenwinkel en kruipt in de huid van de weldenkende shopper. Reageren? Mail dan naar evelyn@ct-company.nl.

Deen, IJburg, Amsterdam

Deen, IJburg, Amsterdam

IMG 6800 v 2 IMG 6796Deen is al langer bezig het marktgebied groter te maken dan de traditionele thuisregio. Het zakt zodoende ook verder het zuiden van Noord-Holland in. En zo heeft de keten onlangs twee vestigingen geopend, een in Amstelveen en een op het Amsterdamse wooneiland IJburg.

IJburg is een nieuwe wijk, op een opgespoten eiland, ten oosten van Amsterdam. De winkel op IJburg is de derde supermarkt op het eiland en heeft een prachtig uitzicht over het IJsselmeer, vlakbij de bekende strandtent Blijburg. Verder is het waarschijnlijk een van de kinderrijkste wijken van Nederland of zelfs Europa. Hoe ziet zo’n Deen er dan uit? Want de Westfries uit Hoorn en andere Noord-Hollanders zijn toch van een ander, nuch­terder slag dan de kosmopolieten uit de hoofdstad. Van de andere kant, dit hier is inmiddels al de zesde Amsterdamse Deen, de Westfriezen aan de Hoornse Kernweg (in het hoofdkantoor dus) zullen inmiddels wel weten wat de Amsterdammer zoal wel en niet wil.

Nou, het blijft een echte Deen, maar wel met – voor mij – nieuwe elementen. Allereerst valt het me op dat er hier producten bij elkaar staan als ze tot ‘hetzelfde soort’ behoren: bij de agf-afdeling niet alleen verse en gekoelde groente, maar ook de diepvriesgroente en conser­ven. Bij de verse vis visconserven en diepvriesvis. En houdbare zuivel naast de zuivelkoeling. Het maakt de winkel overzichtelijker.

Achter in de winkel vind je het brood, de kaas en de tapas, allemaal met lagere stellingen en een tafel, wat ruimte creëert. Kaiserbroodjes worden de hele dag gebakken, ‘vanaf deeg’, zoals dat heet.

Ook vind ik verse sushi, die ik er kan proeven als ik er ben. Ik had gelezen dat er vanaf 14.00 verse sushi in de winkel gemaakt wordt. Hier is dat ech­ter al vóór de lunch gestart. Want waar scholieren elders in ons land vooral chips en energiedrank kopen tijdens de lunch, komt hier een grote groep scholieren juist voor de sushi. Ook de volwassen IJburgers kopen die kennelijk gretig: ik krijg te horen dat dit filiaal een van de drie beste sushiverkopers van alle Deen-winkels is.

Zelf pindakaas malen

Je mag ook een en ander zelf doen, zoals zelf ana­nas schillen in een machine. En er is een pinda­kaasmachine. Zelf pindakaas malen, wel bijzonder maar ik denk meteen: ‘leuk voor één keer en dat is het dan wel’. Maar nee, de herhalingsaankopen zijn er. De prijs doet ook mee: € 1,-, Deen overvraagt niet. Eens kijken hoe snel de pot van hier thuis leeg zal zijn.

Het is zo her en der sfeervol gedecoreerd hier: steigerhout, kistjes en bakken. Gemaakt door de sociale werkplaats, ergens in Noord-Holland. Maatschappelijke betrokkenheid? Eh, ja. Waar­schijnlijk ook goedkoper dan een interieurbouwer. Goed ziet ook de afdeling buitenlandse kaas en olijven eruit, met ‘maak je eigen kaas­plankje’. Ziet er lekker uit, betaalbare kaasjes, en er wordt geregeld gewisseld. Allemaal onder de € 2,-, best scherp geprijsd, zeker vergeleken met de grote blauwe marktlei­der. De afdeling is in het weekend te klein, hoor ik. Daarnaast een mooie tafel met tapasschaaltjes, droge Spaanse worsten en ambachtelijke kaas. Droge worst is vaak moeilijk te vinden, vaak ook op verschillende plekken in de winkel, maar hier vind je die snel.

Ronde prijzen

Die ronde prijzen van vooral € 1,- komen overal in de winkel terug. Op de foodclipstrips die her en der in de winkel hangen, met bijvoorbeeld pijnboompit­ten voor bij de salades en noten voor in de yoghurt. En op de agf-afdeling: pick & mix, € 1,- voor 500 gram, van verschillende groenten, veel losse produc­ten. En verder bij non-food op allerlei plekken in de winkel, ook voor € 1,-: scharen, openers, feestartike­len. Stofhappers, lijkt mij, maar omdat IJburg geen Action heeft, is het volgens de bedrijfsleider niet aan te slepen. En al die rode eurostickers werken ‘prijsgeruststellend’.

De doorgaans oneindig lange zuivelkoelingen zijn in deze Deen door houdbare artikelen onderbroken, zoals muesli, een soort ‘family grouping’, waar Deen enkele jaren geleden mee is begonnen. Verder blijkt IJburg zo kinderrijk te zijn dat de melkinname nauwelijks bij te benen is, kleinere items zijn gesneuveld om genoeg 2-litercans op voorraad te hebben.

En tot slot kom ik uit bij: wijn en speciaalbier. Weer het karakteristieke hout waarin de wijnen gepresen­teerd staan, oogt kwalitatief, en het is op een ruim plein waar ik rustig even een wijntje kan uitzoeken. De rode wijn staat wel tegen een buitenwand van glas. Als dat maar niet te warm wordt in de zomer. Ik word gerustgesteld: aan een warmtewerende, isolerende afscherming wordt nog gewerkt.

Voor veel bewoners is Deen weliswaar een nieuwe naam, maar aan deze kant van IJburg was nog geen supermarkt, zo is er sinds de opening een behoor­lijke aanloop geweest. Daarnaast biedt deze Deen het eerste uur gratis parkeren, terwijl AH en Vomar daar € 1,50 voor vragen.

En Albert Heijn gaat een beetje helpen: nu deze Deen vier weken open is, gaat de AH verderop voor een verbouwing twaalf dagen sluiten. Een mooie reden voor AH-klanten om eens hier bij Deen te komen kijken, klinkt het. Inderdaad, maar als straks die AH heropend wordt, gaat iedereen daar weer kijken. Ze zijn in Zaandam ook niet gek.

AH XL ‘Zorgboulevard’ Zaandam

Evelyn van Leur, partner bij de Category & Trade Company, bezoekt een supermarkt of levensmiddelenwinkel en kruipt in de huid van de weldenkende shopper. Deze column van Evelyn is eerder verschenen in de Foodpersonality.

AH heeft in Zaandam een nieuwe AH XL ge­opend en wel pal naast het Zaans Medisch Centrum (ZMC), aan de zogeheten ‘Zorgboule­vard’ in Zaandam. In het Noord-Hollands Dag­blad werd gemeld dat met AH XL, Etos en Gall & Gall de ‘hoekstenen van de Zorgboulevard zijn ingevuld’. Met Etos is het duidelijk, met AH en de focus op gezond eten wellicht ook, maar de link van Gall & Gall met gezondheidszorg… ik weet niet of de internisten van het ZMC dat ook zo vinden. Maar goed, ik kom voor de AH XL. Een volledig nieuwe winkel in een nieuw pand.

Een probleemloze aankomst: er is een gloednieu­we parkeergarage, met meer dan genoeg ruimte. Op maandag rond de lunch is maar een klein deel van de parkeerplaatsen bezet. En ja, een pick-up point, ik had niet anders verwacht. Met de rolbaan naar beneden de AH in. Je komt binnen bij de agf zoals je dat gewend bent en waar het kruidenpluktuintje opvalt, net als de houten kistjes met losse paddenstoelen, in zes verschillende soorten. Zo hier en daar is het ook nog een beetje ‘werk in uitvoering’. In de branchebladen zag ik de assortimentsuitbreiding van AH met maaltijden van De Vegetarische Slager staan. In deze XL is wel al ruimte ervoor vrijgemaakt in de koelingen, maar ze zijn nog niet binnen. Maar de opkomst ervan is zonneklaar, De Vegetarische Slager heeft in de koeling met vleesvervangers al een hele meterplank producten. Wat me opvalt, is dat de concurrentie vooral productnamen gebruikt die verder af staan van vlees, zoals groenteschijf, terwijl De Vegetarische Slager vasthoudt aan vari­anten op bekende vleesnamen, zoals Gehacktbal. Even verderop staat de notenbar, waar noten ge­brand worden, van cashew- en pistachenoten tot mixen. Daarna afgevuld en verkocht. Ik mag ze ook proeven. lekker, meteen een zakje gekocht.

Daarna loop ik tegen misschien wel het verras­sendste onderdeel van deze XL aan: een kaaswin­keltje van Beemster. Een complete ‘kaaswinkel-in-de-winkel’. Dat heb ik nog niet eerder gezien. Het blijkt een tijdelijke stand te zijn om Beemster-kaas te promoten. Niet zo vreemd, Beemster is hier ‘uit de streek. Sfeer­vol winkeltje, ouderwetse weegschaal, kaaskasten, een ton, foto’s van kaasboeren en een kaasboerde­rij, mosterd, noten en natuurlijk Beemster-kazen. Maar deze shop-in-the-shop blijkt bij navraag een ‘pop-upper’, straks is-ie weer weg.

Aan het eind van de winkel zie ik een soort conveniencestraat, met veel producten van AH To Go: sapjes, fruit, sandwiches en yoghurt met aardbeien en muesli, sushi etc. Het is mij niet echt duidelijk dat dit het AH To Go-gedeelte is, ofwel: alles voor directe consumptie. Er is alleen een summiere aanduiding boven het schap met ‘Voor onderweg’ en ‘Gekoeld vers fruit. Maar misschien is het wel meer mijn eigen beroepsdeformatie waardoor ik bij een convenience-assortiment van AH To Go ook verwacht dat AH erbij vermeldt dat dit van To Go is; dat hoeft natuurlijk helemaal niet. Bovendien: wel handig voor alle personeel van het ZMC en anderen op de Zorgboulevard. Buiten wordt op een reclamebanner Sushi Daily aangekondigd, met: dagelijks verse sushi, hier verkrijgbaar. Echter, de sushicounter zoals in an­dere AH XL’s ontbreekt in deze winkel. Het blijkt dat de sushi in de ‘AH To Go’-straat staat, naast de voorverpakte wraps en belegde en voorver­pakte broodjes. Vast lekker, maar niet helemaal wat ik bij de XL verwacht. Hier zou ik toch de ter plekke versgemaakte sushi verwachten.

Ik zie hier ook geen Bakery Café of Deli Kitchen, onderdelen die ik hier wel verwacht zou hebben, gezien de vele passanten hier van het ZMC. Daar zitten vast mensen bij die een kop of beker koffie willen, in zijn voor een lunch of een maaltijd mee naar huis zouden willen nemen. AH heeft hier echter gekozen voor een andere aanpak: geen blurringmodules zelf uitbaten, maar samenwer­ken met vier lokale Zaanse speciaalzaken: er is: ‘De Koffiezaak’, met – jawel – lekkere koffie om daar te drinken of mee te nemen, een ambachte­lijke slagerij (Slagerij Van ’t Oever, uit Hoorn, niet bepaald ‘lokaal’, toch?), een bakkerij met broodjes en taarten (‘Kiss Bakery’) en de bloemenzaak ‘Fresh Flowers’. Dit alles onder de noemer ‘Vers uit de Streek’. Voor mij een verrassende stap van AH. Waarom hiervoor gekozen is in plaats van bijvoorbeeld het Bakery Café is mij niet duidelijk. Is Bakery Café niet succesvol of winstgevend genoeg? Of passen de luxere concepten minder goed bij de wijk waar deze AH XL staat? Of is de keuze voor lokale specialisten een resultaat uit het overleg met de zorginstelling of met de gemeente Zaandam? Misschien heeft AH wel ten overstaan van het eigen Zaanse thuisfront willen demonstreren dat het graag ruimte biedt aan andere Zaanse win­keliers en specialisten, wie weet. Het blijft gissen. Hoe dan ook, van de wens tot uitbreiding waar­over commercieel directeur Marit van Egmond vorig jaar sprak tijdens de lancering van Bakery Café en Deli Kitchen, is hier weinig te merken. Gezien alle initiatieven op het gebied van directe consumptie van andere partijen, zoals Coop, Spar en Jumbo, vind ik het opvallend dat AH die ruimte ervoor hier niet pakt. Geen proeftuinelementen. En dan nog wel onder de rook van het hoofdkantoor! Inderdaad, ik had verwacht dat AH hier vast iets liet zien wat ik van AH nog niet gezien had. Maar dat hoeft natuurlijk helemaal niet en het zal de consument die niet die ver­wachtingen heeft, vast een zorg wezen. En in dat geval: niks mis met deze AH XL.

Column uit de Foodpersonality 1-2018, geschreven door Evelyn van Leur, partner bij de Category & Trade Company. Evelyn bezoekt maandelijks een supermarkt of levensmiddelenwinkel en kruipt in de huid van de weldenkende shopper. Reageren? Mail dan naar evelyn@ct-company.nl .

De ‘beste’ Hoogvliet, in Ede

IMG 6911 e1554300862762 scaled
IMG 6913 1 scaled

Zoals (bijna) elke supermarktketen, organiseert ook Hoogvliet elk jaar een verkiezing van de beste Hoogvliet. Externe en interne juryleden beoorde­len de Hoogvliet-filialen, en die in Ede won on­langs. Maar wat merk je als shopper van zo’n beste Hoogvliet? Ik ging boodschappen doen in Ede.

Hoogvliet positioneert zich als ‘bewezen de goed­koopste’. En: dagelijks vers, altijd kwaliteit. Deze Hoogvliet begint, zoals alle ‘Hoogvliets’, met de bakkerij-afdeling. Aan de ene kant brood, aan de andere kant banket zoals appelflappen, maar ook pastel de nata (Portugese taartjes). Daarnaast een mooie kaasafdeling met ook wat wijn en worst. Hoewel Hoogvliet claimt dat brood formulebreed de ‘destination-categorie’ is, heb ik het gevoel dat dat hier de slagerij is. Naast de kaasafdeling staat de grill. Daar wordt de hele dag vlees in gegrild, zoals spareribs en beenham. Die liggen klaar om mee te nemen, in de vitrine tegenover de grill. Onweerstaanbaar, vond ik. Thuis gegeten: erg lekker. Vóór de grill ligt de vitrine vol vers gegrilde vleeswaren, zoals gegrilde rollade, rosbief en grill- worst. Verderop in de winkel staat een echte slager, grotendeels verstopt achter een tegeltjeswand. Maar je kunt ‘m goed zien werken achter de lagere vitrine waarin verder allerlei hapjes als kipspiesjes en balletjes liggen. Niet echt goedkoop, € 4,- voor een bakje kipspiesjes en € 6,- voor twee. Aansluitend het vlees. Veel ouderwets of ‘verge­ten’ vlees: balkenbrij, bloedworst, Brabantse zult, varkensreuzel. En opvallend veel grote pakketten vlees en kip, bijvoorbeeld 1,1 kg kip voor € 7,50. Hierdoor heb ik wel het gevoel in deze winkel goedkoop uit te zijn. Maar wel heel weinig biologisch of het Beter Leven-keurmerk. Dat komt overeen met wat ik na­derhand in de media zag: Hoogvliet ‘dreigde’ voor de campagne ‘Dierenverschrikker’ genomineerd te worden. Iets nieuws, niet van Wakker Dier of Varkens in Nood, maar Dier & Recht (tegenwoor­dig moet je steeds meer nadenken over welke ngo zoiets dan gaat). Hoogvliet heeft echter toegezegd vóór juli 2017 over te stappen op varkensvlees van het Beter Leven-keurmerk. Daarmee voorkomt het reputatie- en publicitaire schade, maar ik vraag me af of de doelgroep van Hoogvliet lage prijzen niet belangrijker vindt. De vis heeft wel allemaal het MSC- of ASC-keurmerk.

Ook maar eens kijken bij agf. Daar is wel wat bio­logisch te vinden, met name tomaten en komkom­mers, maar niet heel veel. Het bijzonderste vond ik de fairtrade-snoeptomaatjes. Tomaten, die komen toch uit Nederland? Nee, deze komen uit Tunesië. Fair Trade creëert banen, zorgt dat de boeren een faire prijs krijgen, en meer kinderen naar school kunnen. Maar alleen met deze fairtrade-tomaatjes schiet dat niet zo op, toch? Op deze afdeling zie ik ook veel grootverpakkingen, van bijvoorbeeld uien: alleen per kilo. Eigenlijk heel weinig voor kleinere huishoudens. Alleen het fruitpakketje voor € 1,-, bestaande bijvoorbeeld uit een banaan, twee mandarijnen en een sinaasappel, voorziet in de behoefte van kleinere huishoudens.

In de winkel zie ik veel cross-selling: op de versaf­delingen kaas met wijn, worst en noten, wijnac- cessoires en noten bij de wijn, verse limoenen bij het Corona-bier, haken met Stegeman-worst bij de wijn, bakhulpjes bij het bakschap. Jammer dat de prijzen van de non-food moeilijk te vinden zijn, dat werpt toch een drempel op. Ook incidenteel een misser: hutspotkruiden bij de kant-en-klare boerenkoolstamppot. En ik zie her en der in lokale artikelen, zoals bij de bieren het Edenaertje, jaze­ker, uit Ede.

Door de hele winkel communiceert Hoogvliet over een spaaractie voor gratis keukenhulpjes van het merk Zyliss. Met 30 zegeltjes, die je krijgt bij elke € 10,- opgeteld dus voor   €300,- aan boodschap­pen – heb je al een gratis steakmes, kaasmes of bamboesnijplank. Toch wat laagdrempeliger dan de spaaractie van Albert Heijn voor pannen van Vivo (van Villeroy & Boch), waar je 60 zegeltjes moet sparen, in totaal dus € 600,-, en minimaal € 6,99 moet bijbetalen voor de goedkoopste steelpan, maar bijvoorbeeld € 39,99 voor een gietijzeren pan. (Ik vraag me af in hoeverre dit soort spaaracties met elkaar concurreren: blijft de trouwe AH- bezoeker pannen sparen en de trouwe Hoogvliet- bezoeker keukenhulpjes, of switchen klanten en zo ja, tijdelijk of langer?)

Op verschillende plekken zie ik displays, bijvoor­beeld eentje met ‘Hollandse producten’ als thema: een wonderlijke combinatie van pannenkoeken­mix, stroopwafels, Wilhelmina-pepermunt, drop, erwtensoep en tulpen.

Aan het eind van de winkel tref ik een non- foodafdeling, met aanbiedingen op in-outbasis, van wafelijzers, emmers, tot kaarsen en lucifers. Een aanbod waarmee Hoogvliet weer meer op een discounter lijkt, maar Hoogvliet heeft dan ook een verleden als ‘soft discounter’.

Het gevoel: een hele andere winkel dan de gemid­delde servicesupermarkt; voor een heel ander pu­bliek. Hier zijn weinig elementen terug te vinden van de inmiddels gesloten Hoogvliet Versmarkten als verse pizza’s of verse kant-en-klaarmaaltijden. En er is een ander soort assortimentshelden of ‘product hero’s’, zeker niet de premiumproducten onder huismerk zoals AH met Excellent. Minder trendy assortiment, meer Hollandse kost voor Hol­landse mensen, gestampte pot, stevige kost, voor bouwvakker en vrachtwagenchauffeur.

Kan ik zomaar zien waarom dit de beste Hoogvliet is? Nee, dat blijft moeilijk. Niettemin, goed gevulde schappen, nette winkel, een vriendelijke caissière die een praatje aanknoopt, gratis parkeren, een prettige winkelbeleving.

Om de hoek nog even een rustige Ekoplaza bin­nengelopen en een versgebakken biologische frambozencrumblekoek gekocht. Kijk, zoiets vind ik dan bij Hoogvliet niet, daar is het niet de formule voor.Zoals (bijna) elke supermarktketen, organiseert ook Hoogvliet elk jaar een verkiezing van de beste Hoogvliet. Externe en interne juryleden beoorde­len de Hoogvliet-filialen, en die in Ede won on­langs. Maar wat merk je als shopper van zo’n beste Hoogvliet? Ik ging boodschappen doen in Ede.

Hoogvliet positioneert zich als ‘bewezen de goed­koopste’. En: dagelijks vers, altijd kwaliteit. Deze Hoogvliet begint, zoals alle ‘Hoogvliets’, met de bakkerij-afdeling. Aan de ene kant brood, aan de andere kant banket zoals appelflappen, maar ook pastel de nata (Portugese taartjes). Daarnaast een mooie kaasafdeling met ook wat wijn en worst. Hoewel Hoogvliet claimt dat brood formulebreed de ‘destination-categorie’ is, heb ik het gevoel dat dat hier de slagerij is. Naast de kaasafdeling staat de grill. Daar wordt de hele dag vlees in gegrild, zoals spareribs en beenham. Die liggen klaar om mee te nemen, in de vitrine tegenover de grill. Onweerstaanbaar, vond ik. Thuis gegeten: erg lekker. Vóór de grill ligt de vitrine vol vers gegrilde vleeswaren, zoals gegrilde rollade, rosbief en grill- worst. Verderop in de winkel staat een echte slager, grotendeels verstopt achter een tegeltjeswand. Maar je kunt ‘m goed zien werken achter de lagere vitrine waarin verder allerlei hapjes als kipspiesjes en balletjes liggen. Niet echt goedkoop, € 4,- voor een bakje kipspiesjes en € 6,- voor twee. Aansluitend het vlees. Veel ouderwets of ‘verge­ten’ vlees: balkenbrij, bloedworst, Brabantse zult, varkensreuzel. En opvallend veel grote pakketten vlees en kip, bijvoorbeeld 1,1 kg kip voor € 7,50. Hierdoor heb ik wel het gevoel in deze winkel goedkoop uit te zijn. Maar wel heel weinig biologisch of het Beter Leven-keurmerk. Dat komt overeen met wat ik na­derhand in de media zag: Hoogvliet ‘dreigde’ voor de campagne ‘Dierenverschrikker’ genomineerd te worden. Iets nieuws, niet van Wakker Dier of Varkens in Nood, maar Dier & Recht (tegenwoor­dig moet je steeds meer nadenken over welke ngo zoiets dan gaat). Hoogvliet heeft echter toegezegd vóór juli 2017 over te stappen op varkensvlees van het Beter Leven-keurmerk. Daarmee voorkomt het reputatie- en publicitaire schade, maar ik vraag me af of de doelgroep van Hoogvliet lage prijzen niet belangrijker vindt. De vis heeft wel allemaal het MSC- of ASC-keurmerk.

Ook maar eens kijken bij agf. Daar is wel wat bio­logisch te vinden, met name tomaten en komkom­mers, maar niet heel veel. Het bijzonderste vond ik de fairtrade-snoeptomaatjes. Tomaten, die komen toch uit Nederland? Nee, deze komen uit Tunesië. Fair Trade creëert banen, zorgt dat de boeren een faire prijs krijgen, en meer kinderen naar school kunnen. Maar alleen met deze fairtrade-tomaatjes schiet dat niet zo op, toch? Op deze afdeling zie ik ook veel grootverpakkingen, van bijvoorbeeld uien: alleen per kilo. Eigenlijk heel weinig voor kleinere huishoudens. Alleen het fruitpakketje voor € 1,-, bestaande bijvoorbeeld uit een banaan, twee mandarijnen en een sinaasappel, voorziet in de behoefte van kleinere huishoudens.

In de winkel zie ik veel cross-selling: op de versaf­delingen kaas met wijn, worst en noten, wijnac- cessoires en noten bij de wijn, verse limoenen bij het Corona-bier, haken met Stegeman-worst bij de wijn, bakhulpjes bij het bakschap. Jammer dat de prijzen van de non-food moeilijk te vinden zijn, dat werpt toch een drempel op. Ook incidenteel een misser: hutspotkruiden bij de kant-en-klare boerenkoolstamppot. En ik zie her en der in lokale artikelen, zoals bij de bieren het Edenaertje, jaze­ker, uit Ede.

Door de hele winkel communiceert Hoogvliet over een spaaractie voor gratis keukenhulpjes van het merk Zyliss. Met 30 zegeltjes, die je krijgt bij elke € 10,- opgeteld dus voor   €300,- aan boodschap­pen – heb je al een gratis steakmes, kaasmes of bamboesnijplank. Toch wat laagdrempeliger dan de spaaractie van Albert Heijn voor pannen van Vivo (van Villeroy & Boch), waar je 60 zegeltjes moet sparen, in totaal dus € 600,-, en minimaal € 6,99 moet bijbetalen voor de goedkoopste steelpan, maar bijvoorbeeld € 39,99 voor een gietijzeren pan. (Ik vraag me af in hoeverre dit soort spaaracties met elkaar concurreren: blijft de trouwe AH- bezoeker pannen sparen en de trouwe Hoogvliet- bezoeker keukenhulpjes, of switchen klanten en zo ja, tijdelijk of langer?)

Op verschillende plekken zie ik displays, bijvoor­beeld eentje met ‘Hollandse producten’ als thema: een wonderlijke combinatie van pannenkoeken­mix, stroopwafels, Wilhelmina-pepermunt, drop, erwtensoep en tulpen.

Aan het eind van de winkel tref ik een non- foodafdeling, met aanbiedingen op in-outbasis, van wafelijzers, emmers, tot kaarsen en lucifers. Een aanbod waarmee Hoogvliet weer meer op een discounter lijkt, maar Hoogvliet heeft dan ook een verleden als ‘soft discounter’.

Het gevoel: een hele andere winkel dan de gemid­delde servicesupermarkt; voor een heel ander pu­bliek. Hier zijn weinig elementen terug te vinden van de inmiddels gesloten Hoogvliet Versmarkten als verse pizza’s of verse kant-en-klaarmaaltijden. En er is een ander soort assortimentshelden of ‘product hero’s’, zeker niet de premiumproducten onder huismerk zoals AH met Excellent. Minder trendy assortiment, meer Hollandse kost voor Hol­landse mensen, gestampte pot, stevige kost, voor bouwvakker en vrachtwagenchauffeur.

Kan ik zomaar zien waarom dit de beste Hoogvliet is? Nee, dat blijft moeilijk. Niettemin, goed gevulde schappen, nette winkel, een vriendelijke caissière die een praatje aanknoopt, gratis parkeren, een prettige winkelbeleving.

Om de hoek nog even een rustige Ekoplaza bin­nengelopen en een versgebakken biologische frambozencrumblekoek gekocht. Kijk, zoiets vind ik dan bij Hoogvliet niet, daar is het niet de formule voor.

The Category & Trade Company, Utrechtseweg 35, 3811 NA Amersfoort